Onlangs melde “Veeteelt-online” het volgende nieuws:
Fokken op caseïne levert 25 miljoen op!
Fokken op het eiwitbestandeel caseïne verhoogt de kaasopbrengst per kg melk en kan de Nederlandse zuivelsector jaarlijks 25 miljoen opleveren. Het is een ruwe schatting van Wageningse onderzoekers naar aanleiding van onderzoek naar fokken op melksamenstelling. Dit onderzoek heeft de naam project Milk Genomics en startte in 2004. Een van de resultaten is dat het mogelijk is om te fokken op vetzuursamenstelling als ook op eiwitvarianten. Milk Genomics kijkt nu samen met CRV en het Productschap Zuivel naar de praktische invulling van de bevindingen. Volgens Ger Willems, directeur R&D bij FrieslandCampina, is het niet eenvoudig om het onderzoek te implementeren. ‘Ga je veehouders die dichtbij een kaasfabriek zitten, stimuleren om op caseïne te fokken en moeten veehouders bij een consumptiemelkfabriek juist fokken op gunstige vetzuren? Kan dat qua logistiek en hoe ga je dat uitbetalen? Dat zijn vragen waarover we nu nadenken.’
Kappa caseïne maakt zo’n 80 % uit van het eiwit dat in de melk zit. Tussen koeien zitten er genetische verschillen in de variant die ze produceren van dit eiwit: een koe kan AB , BB of AA hebben. De variant BB zorgt voor een 25 % snellere stremming van de melk als die van een koe met AA. Een koe met AB geeft melk die daar tussenin zit. Bovendien is de kaasopbrengst beter bij BB. Vele onderzoeken wijzen uit dat de melk van koeien met type BB bij gelijk eiwitgehalte een 0,5 tot 1,5 % hogere percentage kaasopbrengst geeft als dat van koeien met AA. Dus als men uit melk van een AA koe 10 % kaas uit 100 kg melk haalt krijgt een BB koe 10,5 % tot 11,5 % kaas uit 100 kg melk.
Voor het fokken op meer kappa Caseine BB zijn geen dure genomics onderzoeken nodig. Tot voor kort kon het kappa caseïne B gehalte in de melk niet gemeten worden. In opdracht van de stamboeken in Italie en Zwitserland is aan de universiteit van Parma nu een test ontwikkeld, waarvan de antilichamen alleen met kappa caseïne B reageren. Vorig jaar is de test afgerond en inmiddels de test klaar voor gebruik. Vanaf dit punt is het dus mogelijk tankmelkmonsters op het gehalte kappa caseïne te testen.
Diverse veehouders, waaronder een groot aantal zelf-verkazende bedrijven- fokken al jaren op Kappa Caseine door stieren te selecteren met louter BB of AB. In de Duitse Brown Swiss populatie heeft maar liefst 26 % van de dieren BB en de 49 % AB. Bij Holsteins is dit 2% respectievelijk 29 %. De meeste KI’s in Duitsland laten hun stieren testen de kappa caseïne variant.
In de Alpenlanden wordt reeds gediscussieerd over het uitbetalen op Kappa caseïne gehalte.
Onderstaan de Kapa caseine typering van een goot aantal meeste Brown Swiss stieren. Een BB stier geeft dus al zijn nakomelingen een B door, een AB stier aan gemiddeld de helft van zijn dochters.
Achet |
AA |
Denpro |
AA |
Edison |
BB |
Egiz |
BB |
Ellection |
AB |
Emerup |
AA |
Etpat |
BB |
Etvei |
BB |
Event |
AB |
General |
AA |
Hucos |
AB |
Humanist |
BB |
Hunto |
BB |
Hupoly |
AB |
Huray |
BB |
Husir |
AB |
Husjet |
BB |
Hustar |
BB |
Husviz |
AB |
Jubev |
AB |
Jublend |
AB |
Juhus |
BB |
Juleng |
AB |
Jupaz |
BB |
Juwel |
BB |
Preferenz |
BB |
Prejula |
AB |
Preset |
BB |
Pretoria |
BB |
Prossli |
AB |
Simvitel |
AB |
Vasir |
AB |
Vido |
AB |
Vinner |
BB |
Viter |
AB |
|